Tweede Wereldoorlog

Toeval

Tijdens het Romeinse Maasbrugprojekt te Cuijk in de rivier de Maas in 1992  werd door een duiker van de stichting bij werk­zaamheden bij toeval een klein mesje gevonden.

Het werd gevonden in het midden van de rivier zo’n 40 tot 50 meter uit ­beide oevers. Er werd toen weinig aandacht gegeven aan deze vondst, het was immers zeker niet Romeins. Daarbij komt dat er in de Maas ter hoogte van de Cuijkse loswal ontzettend veel gevonden werd, vooral van nul en generlei waarde of uit de oorlog. Het mesje werd, omdat het toch wel “iets” had, in een losse vondsten bak gegooid om waarschijnlijk uiteindelijk toch weer in de vergetelheid te geraken of te worden ingeleverd bij de politie omdat dit soort mesje (vilmes) tegenwoordig vallen onder de Wet Wapens en Munitie en derhalve verboden zijn.

Het mesje was samengesteld uit verschillende “losse” onderdelen en provisorisch aan elkaar gezet. Te weten: een houten klosje (legergroen geverfd) voor in de handpalm, stukje ijzeren pen met daaraan gelast een tweezijdige punt van een dolk en de punt stak in een stuk legergroene schacht van bakeliet. Het mesje werd in de schacht vastgeklemd met een messing clipje. Het had ontegenzeggelijk iets militairs maar daar hadden wij al genoeg van uit de Maas.

Toevallig kende een van de leden van de WOOR, iemand die al sinds jaar en dag militair materiaal verzameld uit de 2de WO en tevens deskundig was op dat gebied. Bij toeval kwam op een dag in 1997 het mesje ter sprake. Gelet op de beschrijving wilde hij het graag zien. Na aanschouwing ging hij gelijk uit zijn dak!!!! Dit was een handgemaakt vechtmes van een bijzonder onderdeel van de 82ste All American (AA) Airborne Division, het 505de regiment of P.I.B.(Parachu­te Infantrie Batalion) en samengesteld uit het lemmet van een Amerikaans M3 mes en het schacht­gedeelte van een M8 bajonet en de clip van een patroonband van een mitrailleur; niet meer en niet minder !? Deze vechtmessen werden gebruikt voor man tegen man gevechten en voor het doorsnijden van parachutelijnen indien die tijdens een dropping in de war geraakten.

Deze gegevens waren natuurlijk zeer interessant. Hier lag voor ons een uitdaging om de historische gegevens te koppelen aan de “archeologische” gegevens. De hamvraag was hoe komt dat mesje daar op die plaats in de rivier. Voor zover bekend waren er geen parachutisten in de Maas geland, er was geen militaire actie daar geweest en de mogelijkheid dat iemand het er toen of later ingegooid had vanaf een oever (ongeveer 50 m.) was niet aannemelijk.

Een half jaar later, het mesje alweer bijna vergeten, waren we toevallig in het Cuijkse VVV kantoor bezig met de restauratie van een Romeinse steen. Toevallig viel het oog op een boekje “Bevrijd Cuijk onder vuur”, uit het aanbod van de VVV over Cuijk. Nieuwsgierig nam ik vluchtig het boekje door en stuitte op een fragment van een verslag, verteld door betrokken verzetsmensen, van 18 september 1944, ten tijde van operatie Market Garden. Hierin wordt beschreven hoe zij vanaf de Cuijkse kerktoren zagen dat twee boomlange Amerikaanse para’s aan de overkant van Cuijk verkenningen uitvoerden en vervolgens met een roeiboot van een daar aanwezige woonark de Maas overstaken naar Cuijk. Daar werden ze door hun opgevangen. Men nam een aantal Duitse soldaten gevangen, men voerde verkenningen en observaties uit en roeide later weer met enkele verzetsmensen terug naar de Mookse kant, naar hun eigen onderdeel. In de uiterwaarden aan de Mook­se kant komen de twee Amerikanen plotseling onder vuur te liggen van een Duitse patrouille. Hals over kop rennen ze terug naar de oever waar de verzetsmensen juist weer aan de oversteek begonnen waren. Die keren om nemen de Amerikanen weer in de roeiboot en roeiden uit alle macht, onder vijandelijk vuur, weer terug naar de Cuijk­se kant. Later zijn ze via een omweg teruggekeerd naar hun onderdeel van het 505de regiment van de 82ste All American Airborne Division.

 En zo kon het gebeuren dat bijna 50 jaar na dato, een duiker, dit persoonlijke gevechtmes, toevallig op de bodem van de Maas terugvond.